Wie kent ze niet? De luidruchtige vogels die in het vroege voorjaar al dartelend en schreeuwend hun bruidsmars kenbaar maken boven bouw- en weiland? Een kakofonie van geluiden die de eerste voorjaarsgevoelens bij ons allen oproepen. Die ons begeleiden als wij op een zonnige zondag in maart onze eerste fiets- of wandeltocht maken om de winterslaap uit onze ogen te wrijven.

Kenmerkend voor ons Drentse cultuurlandschap, onze weide- en akkervogels. Je kan je gewoon niet voorstellen dat je door een dergelijk landschap beweegt zonder de begeleiding van deze vogels. Onlosmakelijk aan het landschap verbonden.

Toch wordt dit bijna bewaarheid. Het gaat slecht met onze weide- en akkervogels. Althans een aantal soorten dreigen op korte termijn te verdwijnen. De grutto is daarvan wel de bekendste. Triest. Net gekozen tot Nationale Vogel. Als we niets doen dan zal hij binnenkort niet meer voorkomen in het Drentse landschap.

Sinds afgelopen december heb ik gesprekken gevoerd met vele partijen die betrokken zijn bij de weidevogelbescherming. Allemaal mensen met een gemeenschappelijke passie: het willen behouden van deze vogelsoorten op en in het Drents landschap. Mensen die zich grote zorgen maken over het wel en wee van deze vogels. Die veel van een hun tijd stoppen in het willen beschermen van de laatste aanwezige exemplaren. Maar het wordt hen allemaal teveel. In een brief hebben zij de noodklok geluid en roepen ons op om tot actie te komen.

Een kleine 8 jaar geleden hebben wij als provincie ons hard gemaakt voor het behoud van de weidevogels. De provincie heeft haar weidevogelbeleid toen opgehangen aan 1 gebied: het Drostendiep (gebaseerd op de grutto) en de akkervogels (patrijs, veldleeuwerik, gele kwikstaart). Provincies om ons heen zijn indertijd royaler geweest met het benoemen van weidevogelgebieden. Voor de resterende concentraties van kieviten, wulpen, scholekster, grutto en tureluur in diverse gebiedjes in het Drentse landschap, geldt dat niet. Die zijn tussen wal en schip geraakt en daar is geen aanvullend beleid voor gemaakt. Alleen vrijwilligers en agrariërs spannen zich hier nog voor in en de provincie financiert dat via het instrument vrijwillige weidevogelbescherming via Landschapsbeheer Drenthe en de Agrarische Natuurvereniging. Wij hebben toen gedacht dat het daar wellicht mee te redden was. Anno 2016 weten we dat er meer moet gebeuren.

De PVV wil bij motie oproepen de bejaging op de vos op korte termijn mogelijk te maken. Dat gaat ons op dit moment veel te ver. Predatiedruk is een mee spelend probleem. Het is echter een onderdeel van een complexiteit aan problemen rond de achteruitgang van de weide- en akkervogelpopulatie. Om goed inzicht te krijgen en om adequate maatregelen te kunnen nemen voor het beheer dienen daarbij alle factoren die een rol spelen, te worden meegewogen.

Daarom roepen we GS op om hier uitgebreid onderzoek naar te doen en in te spelen c.q. in te haken op de vele onderzoeken die op dit punt nu elders zijn gestart.

Naast onderzoek is kennisdeling een belangrijk punt. Een kleine tien jaar geleden hebben twee van onze voorgangers te weten de heren Hornstra en Wybenga het initiatief genomen om ook als Provinciale Staten zich te verdiepen in deze materie. Daarbij hebben, onder regie van de Staten, alle partijen deelgenomen aan een conferentie over weidevogels. Het resultaat daarvan werd in een publicatie wereldkundig gemaakt. Samen met Maaike Bakker van de PvdA zouden wij dat graag nog eens willen doen. Wij nemen daartoe op korte termijn contact op met de overige fracties.

Maar het meest belangrijke is dat wij in Drenthe gebieden aan gaan wijzen waar we extra energie in moeten stoppen om daar de weide- en akkervogels te behouden. Op basis van de nieuwe Wet Natuurbescherming kunnen provincies speciale programma’s starten voor het behoud van de biodiversiteit van het landschap. De staatssecretaris komt binnenkort met een nationaal programma voor het behoud van de weidevogels, mede ingegeven door het rapport State of Nature 2015. Daaruit blijkt dat Nederland het wel heel erg slecht doet ten opzichte van de omringende landen. De staatssecretaris komt ook met extra geld dankzij een motie van Grashoff/Leenders, voor weidevogelbescherming. Dit zou ook voor ons een extra motivatie moeten zijn om in Drenthe er hard mee aan de slag te gaan en daarvoor, specifiek voor de Drentse situatie, extra middelen vrij te maken. Drenthe doet het namelijk heel erg slecht ten opzichte van de rest van Nederland. Wij roepen daarom GS op om met een eigen Drents programma te komen tot behoud van weide- en akkervogels in Drenthe.

De situatie rond de weide- en akkervogels in Drenthe is dramatisch. Er moet nu actie worden ondernomen. Bijgaande motie moet bijdragen om met elkaar een start te maken om van bescherming naar behoud te komen van deze, zo aan het Drents landschap verbonden vogels.