Elke Slagt-Tichelman vraagt het College van Gedeputeerde Staten om Attero te wijzen op haar maatschappelijke verantwoording om de zorgen van de burgers en bedrijven rondom Attero te verminderen.

Voorzitter,

De burgers en bedrijven rondom Attero zijn bezorgd. En deze zorgen er niet voor niets. Ook onze fractie maakt zich zorgen. Het is van groot belang dat het verbranden van onze toenemende afval op een veilige wijze gebeurd en dat de bewoners daarover geen zorgen zouden moeten maken voor hun gezondheid en hun welbevinden. Wij zijn het eens met de VVD dat een goede communicatie naar de burgers en bedrijven van belang is. Openheid over de branden en over de mogelijke consequenties is belangrijk. Daarin dient Attero een maatschappelijk belang te dienen. Los van alle wettelijke verplichtingen maar vooral als goede ondernemer er voor zorgen dat de omgeving zich geen zorgen hoeft te maken.

Al in juni 2018 stelde GroenLinks schriftelijke vragen over het stopzetten van de biomonitoring van metingen van diverse gewassen. Wij stelden die vragen naar aanleiding van verontruste agrariërs in de omgeving van Wijster. U gaf in uw antwoord het volgende aan: "LTO Noord had samen met Attero het initiatief tot biomonitoring genomen. Biomonitoring valt echter niet onder de vergunningsvoorwaarden van de provincie. In de vergunningen werden wel enkele rookgassen (dioxines, furanen en zware metalen) om de 6 maanden gemeten en stikstofoxiden, zwaveldioxide en dergelijke worden continu gemeten." Het stopzetten kon u dan ook niet voorkomen of sterker: u kon voortzetting van de monitoring daarvan niet afdwingen.

In de afgelopen tijd zijn er 5 branden in een half jaar geweest. De vraag komt volgens onze fractie opnieuw naar voren in hoeverre Attero haar maatschappelijke verantwoordelijkheid neemt om de omgeving te ontzorgen. Als monitoring een middel is om de bewoners gerust te stellen en wij als provincie het niet in de vergunning kunnen regelen, welke mogelijkheden ziet het Cdedeollege om hier bij Attero op aan te dringen?