Onderstaand de beantwoording van GS op de vragen.

In samenwerking met de PvdA heeft de Statenfractie van GroenLinks Drenthe, bijgaande schriftelijke vragen gesteld.

Inleiding:

Op 1 januari 2015 is de Participatiewet in werking getreden. In het Sociaal Akkoord is door sociale partners en het kabinet afgesproken om de komende jaren 125.000 extra banen te scheppen voor mensen met een beperking. De gemeenten hebben de taak mensen met een lichamelijke, psychische of verstandelijke arbeidsbeperking aan het werk te helpen zoveel mogelijk in het reguliere bedrijfsleven.

In juni 2014 heeft u in antwoord op schriftelijke vragen aangegeven dat de Provincie zich inspant om minimaal het voorgeschreven aantal van 1,8 fte in 2015 naar 15,2 fte in 2023 te realiseren.

Overheden hebben zich verplicht om in totaal 25.000 extra banen te creëren. En de marktsector heeft afgesproken om 100.000 extra banen te bieden  in het kader van de Participatiewet. 2015 is daarbij een startjaar. Wanneer de afgesproken aantallen in 2015 niet worden behaald dan treedt een wettelijk quotum in werking en dat betekent dat elke werkgever met 25 en meer werknemers een formele verplichting krijgt arbeidsplaatsen aan te bieden aan mensen met een beperking en moet betalen voor niet vervulde arbeidsplaatsen.

 

De PvdA en GroenLinks hechten grote waarde aan de visie om mensen met beperkingen meer kansen te bieden in het reguliere bedrijfsleven. Een belangrijke opgave is het kunnen realiseren van de benodigde ( beschermde) arbeidsplaatsen. Intensieve samenwerking tussen alle betrokken partijen is daarbij een voorwaarde voor een positief resultaat. Uit de eerste rapportages over die resultaten komen de volgende beelden naar voren:

  • Het bedrijfsleven en de overheid bieden onvoldoende arbeidsplaatsen om tegemoet te kunnen komen aan de afspraken voor het startjaar 2015.
  • Het beroep op bijstand stijgt omdat mensen die voorheen werkzaam waren bij de SW-bedrijven of in aanmerking kwamen voor een Wajong uitkering nu een beroep moeten doen op het inkomensdeel van de Participatiewet. Het CBS geeft daarbij aan dat hoe langduriger de bijstandsafhankelijkheid is, hoe kleiner de kansen op de arbeidsmarkt.

 

Over deze ontwikkelingen stellen wij het College van GS de volgende vragen:

 

  1. Hoe is de voortgang in het creëren van arbeidsplaatsen op grond van de Participatiewet bij de provincie Drenthe sinds uw antwoorden op schriftelijke vragen op dat onderwerp in uw brief van 2 juli 2014?
  2. Hebt u zicht op de wijze waarop de gemeenten hun verplichtingen op dit gebied (kunnen) vervullen. Zo ja, hoe is bij de gemeenten de stand van zaken? Zo nee, bent u daarover met de gemeenten in gesprek en wordt er samengewerkt om de doelstellingen wel te behalen?
  3. Is  het u bekend hoeveel arbeidsplaatsen in Drenthe op grond van de afspraken in het Sociaal Akkoord en de Participatiewet gecreëerd moeten  worden in het reguliere bedrijfsleven in de periode 2015 tot en met 2023?  Zo nee, kunt u deze informatie boven tafel krijgen?
  4. In Drenthe bestaat het bedrijfsleven voor 95% uit (kleine) MKB bedrijven. Hoe is de verhouding tussen het aantal te plaatsen mensen en de opvangcapaciteit van de MKB ondernemingen in Drenthe? Bent u van mening dat de verlangde resultaten op basis van de Participatiewet voor mensen met een beperking behaald kunnen worden op de Drentse arbeidsmarkt?
  5. Is het College bereid om een (extra) inspanning te leveren, eventueel samen met gemeenten, UWV en bedrijfsleven, om de mogelijkheden voor mensen met een beperking om aan het arbeidsproces deel te nemen te vergroten? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke wijze gaat u daar mee aan het werk?  Kunt u PS daarover bij de reguliere rapportages over de ontwikkeling van economie en arbeidsmarkt informeren?